Door stapeling van beleid komen ouderen met een klein pensioen in de knel, het PBL stelt in een artikel dat de krasse knarren zo langzaam beginnen te kraken. Beleidsmakers verwachten te veel van senioren en gewenste beleidsdoelen blijven uit het zicht. Voor veel senioren is zelfstandig blijven wonen dan niet meer verantwoord mogelijk, maar verhuizen is vaak heel lastig. Hoe verder?
Het vermogen van 65-plussers is vaak niet toereikend om allerhande ‘oudereningrepen’ en verduurzaming zelf te verwezenlijken. Dat terwijl veel beleidsmakers wel rekenen op eigen initiatief van ouderen, stellen onderzoekers van het Pbl. Zij waarschuwen voor financiële problemen onder ouderen als het Rijk haar beleid niet aanpast.
Denk bij oudereningrepen aan bijvoorbeeld het verwijderen van drempels, een slipgevaarvrije badkamer maken of het installeren van een traplift. Dat zijn dure ingrepen. Zo kost het al snel 10 duizend euro om een woning toegankelijk te maken voor iemand die slecht ter been is. Uit het onderzoek van het PbL blijkt dat ongeveer de helft van de ouderen een dergelijk bedrag beschikbaar heeft. Dat is bij lange na niet toereikend als er ook nog 40 duizend euro nodig blijkt voor verduurzaming van de woning.
Waarde in stenen valt tegenDe discrepantie tussen de financiële middelen van senioren en de verwachtingen die het Rijk van hen heeft, is ontstaan door het spreekwoordelijke vermogen in stenen, zegt woningmarktonderzoeker Frans Schiller tegen Trouw. Ongeveer 60% van de 65-plussers bezit een koopwoning, vaak met afgeloste hypotheek. De waarde van deze woningen wordt gerekend tot het eigen vermogen.
De waarde van deze woningen kan echter tegenvallen (of de kosten nemen sterk toe zoals erpacht of onderhoud, red). Veel van deze woningen zijn namelijk oud, met keukens uit de jaren zeventig en soms nog zonder centrale verwarming. Deze woningen liggen niet goed in de markt, waardoor het slechts een kwart van de ouderen lukt om een nieuwe duurzame en seniorenproof woning te kopen na verkoop van de oorspronkelijke woning.
Waarschuwing voor de toekomstHet is moeilijk om precies vast te stellen hoeveel ouderen in de problemen raken door te hoge verwachtingen van de overheid, zegt Schiller tegen Trouw: ‘Langer zelfstandig thuis wonen en het verduurzamen van een woning zijn immers niet verplicht. Maar bij de beslissingen om een deel van de zorgcentra te sluiten en woningen op termijn van het gas af te halen, leefde bij het gros van de beleidsmakers wel het idee dat ouderen de bijkomende extra kosten zelf kunnen betalen.’ (Ook in Amsterdam stelt de gemeente dat het beleid vooral is gericht op ouderen met lage inkmens, red).
Volgens Schiller is het onderzoek een waarschuwing voor de nabije toekomst. ‘Waar ouderen vroeger veelal in corporatiewoningen zaten die toch wel onderhouden werden, zit de nieuwe generatie vaker in een koopwoning. Die ouderen moeten met een klein pensioentje alles zelf bekostigen. Kijk niet alleen naar je eigen pakket maatregelen om vervolgens te roepen dat ouderen dat wel kunnen bekostigen.’
Het PBL stelt in haar artikel dat het vooral belangrijk is om als overheid integraal naar het beleid tav ouderen te kijken. De stadsdorpen proberen dit ook in Amsterdam aan de orde te stellen.