Hoewel de overheid zich steeds verder terugtrekt en de personeelstekorten in de zorg fors toenemen, gaat een grote meerderheid ervan uit dat de staat zich straks over hen ontfermt – ten onrechte.
Hans Marijnissen en Marten van de Wier, Trouw 12 september 2019, 8:46
Ouderen van nu zijn totaal niet voorbereid op de fase, waarin zij afhankelijk worden van zorg. Hoewel de overheid zich steeds verder terugtrekt en de personeelstekorten in de zorg fors toenemen, gaat een grote meerderheid ervan uit dat de staat zich straks over hen ontfermt.
I&O Research deed in opdracht van Trouw een groot onderzoek naar de nieuwe ‘derde levensfase’, tussen het werkzame leven en echte ouderdom. Vroeger bestond die niet: mensen leefden na hun pensioen nog vijf jaar, hun gezondheid verslechterde snel. Tegenwoordig duurt het nog zo’n vijftien jaar totdat gepensioneerden zorgafhankelijk worden. Tegen de tijd dat de huidige generatie zorg nodig heeft, zijn de personeelstekorten waarschijnlijk groot. Deze groep moet zich daarom nu al zelf op die periode voorbereiden.
Deze vitale ouderen zijn door Trouw omgedoopt tot young elderly persons, kortweg yeps. Zeven op de tien yeps vinden ‘goede zorg’ een taak van de overheid, ook al waarschuwt deze dat burgers eerst een beroep moeten doen op hun eigen omgeving. Bijna de helft van de mensen met kinderen wil echter geen beroep op hen doen voor mantelzorg. “Dat wordt echt een probleem”, zegt hoogleraar Nardi Steverink van Rijksuniversiteit Groningen, die het Trouw-project begeleidt.
Yeps erkennen massaal dat hun woning niet leeftijdsbestendig is, maar een meerderheid onderneemt geen actie om daar iets aan te doen. Ook sparen ze nauwelijks om extra zorg in te kopen. Volgens I&O-onderzoeker Peter Kanne is er sprake van massale ontkenning bij deze nieuwe ouderen. “Zij zien zichzelf liever niet als oud. Dat is herkenbaar, maar ook naïef. Omdat er straks een groot tekort is aan zowel professionele als informele zorg, gaan ze op een zeker moment hun neus flink stoten.” Volgens Steverink blijkt dat gepensioneerden “zich niet veel zorgen maken over de toekomst, terwijl ze dat wel zouden moeten doen.”
Trouw vroeg 55-plussers welke bekende Nederlander zij als leefstijlvoorbeeld zien voor de tijd na hun pensioen. Onder vrouwen zijn ‘reizend positivo’ Erica Terpstra (22 procent) en ‘maatschappelijk betrokken’ Gerdi Verbeet (21 procent) de iconen. Mannen kiezen hedonistischer figuren: Huub Stapel (21 procent, ‘zwitserlevengevoel’) en ‘wijnkenner en levensgenieter’ Ilja Gort (20 procent).
Goed nieuws is er ook: ouderen zijn rijker en gezonder dan ooit. Twee derde beoordeelt de eigen gezondheid als (zeer) goed. Een 75-jarige is bijna even fit als de 55-jarige.
Maar de kloof tussen arm en rijk verdiept zich na het pensioen. Vooral armere ouderen voelen zich minder gezond, hebben minder de behoefte om na het pensioen ‘de vaart in het leven te houden’ en hebben een kleiner sociaal netwerk dat hen kan opvangen, zo blijkt. Zij zien ook vaker op tegen de periode waarin ze afhankelijk worden van anderen. Bijna de helft van de mensen met een minimuminkomen stelt dat het leven ‘niet meer hoeft’ als ze afhankelijk zijn. Bij de hoogste inkomens onderschrijft maar een kwart die stelling.
Steverdink verwacht dat het aantal schrijnende situaties onder ouderen toeneemt. Het verzorgingshuis, voor minder complexe zorg, is in 2015 door het kabinet vrijwel afgeschaft. Toch zouden ruim vier op de tien 55- tot 75-jarigen het prima vinden om daar de oude dag door te brengen. De hoogleraar vindt dat overheid weer een actievere rol moet spelen in de ouderenzorg. “Dat zoveel mensen zeggen: ‘De overheid moet voor ons zorgen’, daar moeten we iets mee. Een vorm van een verzorgingshuis is nodig.” De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving komt deze maand met een advies aan het kabinet over deze levensfase.
Met de resultaten van het opinieonderzoek ‘De yep van tegenwoordig’ trapt Trouw een serie af over jonge ouderen. Lees verder op Trouw.nl/yep.